Door Harry Schipper – Huiseigenaren in Ermelo gaan volgend jaar gemiddeld zestig euro meer OZB betalen. En dan nog is het gemeentelijk huishoudboekje op termijn niet op orde: Ermelo geeft jaarlijks 2,4 miljoen meer uit dan er geld binnenkomt, dus moet er nóg meer bezuinigd worden.
“We waren gewend in een luxe wagen rond te rijden, maar dat kost veel geld en kan niet langer: we ruilen ‘m in voor een degelijke middenklasser”, aldus Wouter Vogelsang.Dat komt vooral omdat de gemeentelijke spaarpot zo goed als leeg is en de gemeente boven haar stand leeft.
De Ermelose wethouder van financiën presenteerde maandagochtend de Kadernota 2021. In deze begroting valt op dat er de komende jaren heel veel geld nodig is voor het vervangen, renoveren of zelfs nieuw bouwen van vooral schoolgebouwen, sportvoorzieningen en gemeentelijk vastgoed. Alleen al de bouw van het nieuwe sportcomplex De Zanderij gaat 21 miljoen euro kosten. Bij elkaar gaat het om meer dan dertig miljoen euro.
Dat er opeens zoveel gebouwen toe zijn aan renovatie of nieuwbouw heeft volgens Vogelsang alles te maken met het zelfstandig worden van de gemeente Ermelo in 1972. Vanaf dat moment zijn er heel veel gemeentelijke gebouwen als scholen gebouwd van de bruidsschat die Ermelo meekreeg.
De wethouder gebruikte de metafoor van een te dure luxe auto, die steeds meer kilometers is gaan rijden en waarvoor in het verleden te weinig geld opzij is gelegd, om de inwoners van zijn dorp duidelijk te maken dat de gemeente Ermelo de komende jaren én flink moet bezuinigen én de belastingen flink moet verhogen. Het gemeentelijk huishoudboekje moet nu eenmaal onder de streep sluitend zijn, voordat het bij de provincie ter goedkeuring wordt ingediend.
Vogelsang wilde liever niet naar het verleden omzien om uit te leggen waarom de Ermelose gemeenteraden zoveel jaren zijn doorgegaan met het nemen van besluiten met dure prijskaartjes, terwijl de bodem van de voorheen zo rijk gevulde dorpskas allang in zicht was. “De inwoners zijn gewend geraakt aan de vele voorzieningen hier”, wilde hij daarover nog wel kwijt. Hij wees op andere oorzaken voor het benarde financiële plaatje van zijn dorp, dat hem en de andere leden van B en W ‘grote zorgen’ baart: “Er zijn veel meer passagiers van het Sociaal Domein ingestapt en we krijgen te weinig benzine van het rijk”, gaf hij als voorbeelden. Hij noemde ook een stijging van de loonsommen van gemeentelijke medewerkers en de kosten die de gemeente maakt om uitvoering te geven aan de Jeugdwet, de Participatiewet en de WMO. “Dat kost ons veel meer dan we daarvoor geld van het rijk ontvangen”, aldus de wethouder. Hij wees erop dat hier nog flink gesneden gaat worden, ‘want de raad wil dat we binnen het budget blijven, dat we van het rijk krijgen’.
Om die reden heeft al een ‘herijking’ van het Sociaal Domein plaatsgehad. Dat levert voor volgend jaar een voordeel op van 1,3 miljoen euro. Maar dan nog moet er in 2021 een gat van een half miljoen worden gedicht. Het jaar erop nog eens een miljoen en in de jaren 2023 en 2024 zelfs respectievelijk anderhalf en twee miljoen euro. Dat is zo ongeveer het laatste wat er nog in de ‘Algemene Reserve’ zit. Dat is het spaarpotje van geld waar nog geen bestemming voor was. Daarom wil Vogelsang volgend jaar deze spaarpot met 1,1 miljoen bijvullen.
Extra pech voor Ermelo is dat de lonen van gemeentewerkers én medewerkers van Meerinzicht, die veel gemeentelijke taken uitvoert, na cao-onderhandelingen flink omhoog gaan. Deze cao-compensatie scheelt zó 400.000 euro. Voor de Ermelose hondenbezitters is er één troost: zij hoeven vanaf volgend jaar geen hondenbelasting meer te betalen. Dat betekent dat Ermelo 170.000 euro minder inkomsten heeft, maar zich ook zo’n 45.000 euro aan kosten bespaart. Er moet in 2021 ook 125.000 euro bijgestort worden in een eigen pensioenfonds voor Ermelose oud-bestuurders, nadat daar in 2019 al eens 800.000 euro was bijgestort.
In de Kadernota 2021 zijn nog niet de gevolgen van de coronacrisis meegenomen. De wethouders wagen zich niet aan voorspellingen. “We hebben nog geen beeld van de gevolgen”, bekende wethouder Leo van der Velden. “Landelijk wordt het beeld geschetst van massale ontslagen. Dat betekent voor gemeenten dat die mensen na de WW in de bijstand terecht kunnen komen en ons dus geld kosten. Maar de coronacrisis betekent voor de horeca misschien wel dat er juist meer personeel nodig is, bijvoorbeeld om mensen buiten al te instrueren. Ik zie daarom ook kansen voor de toekomst”.
Over de Kadernota vindt op 10 juni een beeldvormende avond plaats, op 24 juni gevolgd door een oordeelsvormende tafel. De raad besluit op 8 of 15 juli over de nota, die daarna wordt opgestuurd naar de provincie.